In Nieuws

De vijf centrale doelen van het Energieakkoord zijn binnen bereik. Dat concluderen de samenwerkende partijen in de Borgingscommissie Energieakkoord in hun Voortgangsrapportage 2016. In 2016 werd hiervoor een extra pakket maatregelen overeengekomen. De uitwerking van deze maatregelen leidt onder andere tot een verplichte energiebesparing voor de energie-intensieve industrie die ingaat op 1 januari 2018. Daarnaast is er een pakket maatregelen afgesproken voor energiebesparing in de gebouwde omgeving. Marktpartijen, energieleveranciers, netbeheerders en de overheid leggen de afspraken vast in een taakstellend convenant. De Voortgangsrapportage 2016 is 23 december 2016 gepubliceerd.

Ed Nijpels, voorzitter van de Borgingscommissie, toonde zich tevreden met de overeenstemming die de 47 partijen van het Energieakkoord hebben bereikt over de uitwerking van de extra maatregelen. “Met dit pakket is het stadium van de vrijblijvendheid in de energietransitie definitief gepasseerd. De partijen in het Energieakkoord zijn daar allemaal van overtuigd en zijn daarom ook bereid daar waar noodzakelijk verplichtende maatregelen te nemen. Dat is ook dringend noodzakelijk omdat het Klimaatverdrag van Parijs nog geweldige sprongen op energieterrein van Nederland vraagt. Bij de kabinetsinformatie 2017 zijn daarvoor doorbraken nodig”, aldus Nijpels.

De voorzitter van de Borgingscommissie dringt er in zijn aanbiedingsbrief bij het kabinet op aan nog voor de formatie de mogelijkheid van een extra windpark op zee voor 2023 te onderzoeken. Hij vraagt ook om bijzondere aandacht voor de maatschappelijke dimensie en de vergroting van het draagvlak in de samenleving. “Voor de maatschappelijke acceptatie is het van groot belang de lusten en de lasten eerlijk te verdelen,” aldus Nijpels.

Nijpels heeft de Voortgangsrapportage vandaag overhandigd aan SER-voorzitter Mariëtte Hamer. “Als SER-voorzitter doet het me genoegen dat de evaluatie van de gekozen aanpak en organisatie van het uitvoeringsproces dit jaar positief is uitgevallen. De evaluatie wijst uit dat het zeer aannemelijk is dat door het Energieakkoord resultaten zijn bereikt die anders niet of pas later tot stand zouden zijn gekomen,” aldus Hamer. De SER-voorzitter heeft de Voortgangsrapportage 2016 naar de minister van Economische Zaken gestuurd.

Van de vijf doelen van het Energieakkoord lagen drie al op koers: het aandeel hernieuwbare energie in 2023 op 16 procent, een besparing van het energieverbruik met gemiddeld 1,5 procent per jaar en een werkgelegenheidsgroei van ten minste 15.000 extra banen. Op basis van de resultaten uit de Nationale Energieverkenning 2015 (NEV) hebben de partijen van het Energieakkoord eerder dit jaar een extra pakket maatregelen afgesproken. Voor de twee doelen – 100 petajoule (PJ) energiebesparing en 14 procent hernieuwbare energie in 2020 – zijn in de Voortgangsrapportage 2016 extra maatregelen uitgewerkt. Hiermee komen alle vijf doelen voor 2020 en 2023 binnen bereik (Bron: SER).

Recent Posts